Niet iedere hond kan makkelijk alleen zijn; verlatingsangst ligt dan ook regelmatig op de loer. En deze verlatingsangst wordt na vakanties vaak erger. Niet gek natuurlijk, want tijdens je vakantie ben je nou eenmaal meer thuis. Niet gek dat je viervoeter daar snel aan gewend raakt. In dit artikel vertellen wij meer over verlatingsangst en hoe je dit zoveel mogelijk kunt beperken.
Verlatingsangst, wat is dat?
Sommige honden hebben er veel last van: verlatingsangst. Zodra je het huis verlaat, raken ze in paniek. Dit komt doordat deze honden extreem aan hun baasje gehecht zijn. Op het moment dat hun baasje niet meer thuis — of zelfs in dezelfde ruimte) is, ontstaat er extreme angst. Dit komt niet alleen voor bij honden, maar ook bij katten, knaagdieren en zelfs siervogels.
Wist je dat zo’n 10 tot 15% van alle honden verlatingsangst vertoont? Op zich niet vreemd; honden zijn namelijk van oorsprong échte groepsdieren. In tegenstelling tot honden, zijn katten liever op zichzelf. Vandaar dat verlatingsangst minder voorkomt bij katten.
Wat zijn de symptomen?
Verlatingsangst gaat gepaard met verschillende symptomen. Let op: in hoeverre je hond bepaalde symptomen vertoont, hangt af van de ernst van de verlatingsangst.
De meest voorkomende symptomen zetten we hieronder op een rij:
- Hijgen
- Veel blaffen, janken of piepen
- Onrustig gedrag wanneer je op het punt staat om te vertrekken
- Proberen te ontsnappen
- Weinig eetlust
- De behoeften niet op kunnen houden
- In huis ijsberen
- Overige symptomen die op stress duiden, zoals veel likken, krabben en bijten
Hoe ontstaat verlatingsangst?
Honden — en katten — zijn én blijven gewoontedieren; ze houden van routine. Maar zodra deze routine doorbroken wordt, kunnen er problemen ontstaan. Neem bijvoorbeeld de zomervakantie: in deze periode ben je vaker thuis. Op zich niet erg, want je hond vindt dat maar ál te fijn. Maar doordat je hond hier snel aan gewend raakt, kan hij/zij verlatingsangst gaan ontwikkelen.
Verder hebben honden die (meerdere malen) herplaatst zijn meer kans op het ontwikkelen van verlatingsangst. Dit geldt óók voor honden die in het asiel hebben gezeten of op jonge leeftijd iets traumatisch hebben meegemaakt.
Hoe verhelp je verlatingsangst?
Ten eerste heeft het geen zin om je hond te straffen; dit heeft een averechts effect. Hierdoor gaat je hond jouw afwezigheid namelijk associëren met straf, wat de verlatingsangst zal verergeren.
Om verlatingsangst — enigszins — te verhelpen, zal je moeten trainen. Hiervoor is tijd en geduld essentieel. Tenslotte moet je hond gaan begrijpen dat je — na een tijdje weg te zijn geweest — altijd weer thuis komt. Het beste is om het alleen-zijn geleidelijk op te bouwen. Zo boek je de beste resultaten.
Maar hoe pak je dit nu aan? Hou in het begin de trainingssessies kort en zorg dat je hond zich veilig voelt. Ga — tijdens het trainen — niet te lang van huis. Doe je dit wel? Dan is de kans groot dat je hond angstig wordt, waardoor je weer van begin af aan moet beginnen. Gedraag je verder normaal als je de deur uitgaat. Geef je hond verder niet te veel aandacht als je weggaat en weer terugkomt.
Zorg voor afleiding
Het kan helpen om je hond van afleiding te voorzien als je de deur uitgaat. Dit kan het stressgehalte van je viervoeter verlagen.
Voer of snackjes zijn veelgebruikte afleidingsmanoeuvres; vul bijvoorbeeld een Kong met natvoer of verstop kleine trainingssnoepjes in de ruimte waar je hond zich bevindt.
Schakel professionele hulp in
Loopt de verlatingsangst uit de hand? Schakel dan een professional in; met hulp van een gedragstherapeut zorg je dat je weer grip krijgt op de situatie
Smult jouw hond al van het lekkerste voer?
Dankzij vlees- en vissoorten als kip, lam en zalm smult jouw hond als nooit tevoren. Ontdek ons assortiment en shop de variant voor jouw harige Mattie.